College 1:
assesmentgroepjemax 4 personen Madelon Pelders, Ilja Seitsinger, Wendy Klaassen en Isolde Hooijmans
taken: ijkpunten maken/nakijken/presenteren/eindgesprekperiode 1 onderwerpenkleuterwiskundematerialenproductief en gericht oefenenmilevermenigvuldigen en delen
College 2:
Fasen van tellen:
- Akoestisch tellen (liedje versje) (ook alleen in die volorde kunnen ze dat)
- Asynchroon tellen (1 t/m 10 zonder liedje)
- Synchroon tellen (tellen loopt gelijk met aanwijzen)(groeiend)
- getalbegrip (getal is nu een symbool) (volgorde van getallen bekend)
- Verkort tellen (tellen in groepjes 5-10-15, 10-20-30 enz)
1. contextgebonden (liedje/spel uit filmpje)
2. objectgebonden (kaartje en dobbelsteen met daarop 5 uit filmpje)
3. puur tellen en rekenen (de dopjes tellen uit het filmpje)
College 3:
Vragen bij filmpje bamzaaien:
- Wat is de bedoeling van bamzaaien?
- Schrijf kort op hoe jacobs het spel uitlegt aan tedje van es.
- Wat schort er aan de uitleg van jacobse?
- Weke misvatting ontstaat er en hoe komt dat?
- Weet je een andere naam dan bamzaaien voor dit spel?
- Als je dit spel op de basisschool doet: voor welke groep/ hoe leg je dit uit?/ wat leert een kind van dit spel.(jonge kinderen leren rekenen blz 27-40)
Antwoorden bij vragen bamzaaien:
De bedoeling is raden hoeveel lucifers de ander in zijn hand heeft.Ieder krijgt 2 lucifers. Dan neem je 0,1,2,3 lucifers in je hand. Dan zegt de kleinste bam en raad hij hoeveel lucifers er samen in de handen zitten. De ander raad dan ook hoeveel. En dan zegt de ander open en laten ze de lucifers zien.De spelregels moeten in een keer worden uitgelegt. Hij moet tedje laten inzien dat wat tedje in zijn handen heeft hij moet optellen bij wat hij denkt dat jacobse in zijn handen heeft. Tedje denkt dat het een raadspel is maar er zitten wel degelijk een paar regels in. Wanneer je het duidelijk uitlegt kan dit al bij het jonge kind.
Drie niveaus van rekenen:
- Tellend (objectgebonden. Evt vingers. Opnieuw tellen, doortellen)
- Structurerend (met hulpmiddel bijv rekenrek, getallenlijn)
- Formeel (paren, schoenen tellen, gebruik makend van weetjes, geautomatiseerd)
Vragen bij filmpje restaurant:
Op welk niveua rekent ieder van die kinderen?
Welke strategieen gebruiken ze?(jonge kinderen leren rekenen blz 40)
Antwoorden bij filmpje restaurant:
Marleen: legt muntjes neer met het aantal 1 keer 5 en de rest lossen (tellend)
Hannah: telt op met delen 6+6 is 12 met nog 1 is 13 (formeel) (dubbelen)
Luuk: telt 7 +7 en dan nog 1 eraf (formeel) (dubbelen)
nick: wisselt de munten om voor een munt van 5, 2 keer is 10 en dan nog 3 lossen (formeel) (vijfstructuur)
luuk 2: 10 en 3 bij het ijsje word samen 13 (?formeel)
maureen telt 13 lossen (niveua 1)
hannah weet 6+6 en een erbij is 13 nivaue 3
luuk 1 7 en 7 is 14 min 1 is 13 nivaue 3
thijs 10 en 3 is 13 nivau 2
nick legt ze anders telraam nivaue 2
luuk 2 3 en 7 is 10 en 3 over is 13 niveau 2/3
Materialen/ modellen voor het rekenen tot 100:
- M.a.b. materiaal (bestaat uit staafjes van 10 en lossen blokjes)
- Honderdveld (met getallen in de randstructuur als orientatieschema)(www.openleerhuis.be/html/leerdom/wiskunde/tweede/getallen/honderdveldhulp/honderdverldhulp.htm)Geld (www.fi.uu.nl/rekenweb/rkenmaar.leerlinge.htm)
- Kralenketting
- Rekenrek
- Gewone getallenlijn (een som is lastig op een lege getallenlijn)
- Lege getallenlijn (hier maakt het niet uit waar je de cijfers plaats dus dit is makkelijke met een som)
Waarom de lege getallenlijn?
kinderen kunnen hier op een eigen manier en eigen strategie sommen mee oplossen.
College 4:
- de rekenrups
- het tovervierkant
- het krijtmonster
Voordeel krijtmonster:
Puntsommen komen niet uit de lucht vallen
Leerlingen moeten nieuwe strategieen bedenken
Recycle het
Reflectie op sommen
Filmpje:
Wat valt je bij haar op?
Wat kun je afleiden uit de problemen die ze heeft met opgaven 5x12?
De meeste sommen heeft ze gememoriseerd. Ze zitten zo in haar hoofd gestamp de tafels tot en met tien. Ze rekent er niet eens meer bij daarom kan ze ook geen sommen buiten de tien. Hierdoor lijkt het erg knap wat ze doet maar eigenlijk is het alleen maar stamp werk. Het duurt wellicht nog een tijdje voordat ze weet wat ze nu daadwerkelijk aan het doen is. Ze kent ook geen oplossingsstartegieen, ze kan ook niet verwoorden wat ze aan het doen is.
Denkmodellen
Twee functies:Brugfunctie tussen context en som in formulevorm
Allerlei contexten kunnen in verschillende modellen gegroepeerd worden, niet teveel een model of eenzijdige contexten.
Soorten modellen:
- Het groepjesmodel
- Het rooster of rechthoeksmodel
- Het stroken of verhoudingsmodel
- De getallenlijn
College 6:
Handelingen voor een goede werksfeer
- - Uitgaan op fouten van leerlingen
- - Bieden van veiligheid
- - Schenken van extra aandacht aan bepaalde leerlingen
- - Geven van ruimte voor het werken op eigen niveau
- - Kwetsbaar opstellen van de leraar zelf
- - Honoreren van individuele inbreng
1. De leerkracht laat de kinderen vertellen. Zij laat de kinderen op verschillende manieren tellen. Laat goede sommen zien en de kinderen ontdekken zelf.
2. Er is een horizontale interactie. De leerkracht stuurt de klas. Ze zegt geen goed of fout, het gaat erom dat de getallen ongeveer goed zijn op de getallenlijn.
3. De leerkracht heeft een luide stem, ze rekent met de kinderen realistisch en laat de kinderen zelf rekenen.
4. De leerkracht is streng en zegt dingen voor.
College 7:
film 1
- - de juf stelt de vragen en de kinderen antwoorden
- - door ze de tafel van 5 op te laten dreunen
- - door de kinderen een beurt te geven ze vraagt ook naar het juiste antwoord dit doet ze door het foute antwoord vragend te herhalen.
- - ze laat de kinderen zelf over de uitkomst van 9x5 nadenken en vraagt vervolgens wat een ander kind en nog een ander denken. hierdoor hebben de kinderen ruimte om zelf na te denken.
- - het gesrek is voornamelijk vraag
- -antwoord leraar
- - leeringen
film 2
- - geen interactie in het begin alleen uitleg en vervolgens, begin maar!
- - door te zeggen dat ze het anders niet weten en niet aan de slag kunnen
- - ze zorgt ervoor dat er meerdere antwoorden worden gezegd
- - de kinderen mogen op heel veel verschillende manieren tot 100 komen. toch geeft ze zel wel heel veel en snel het juiste antwoord
- .- het ritme is weer veel vraag
- - antwoord leraar
- - leerlingen
- - het was eigenlijk een heel eenzijdig gesprek de juf vraagt niet maar legt alleen veel uit.
College 8:
Soorten verhaalsommen:
- - Korte verhaalsommen
- - Raadselachtige sommen
- - Heel lange sommen
- - Sommen zonder vraag er in
- - Rijke problemen
Sommen verbeteren:
Inkoop 20 euro verkoop 30 euro hoeveel winst
-verzin een aansprekend verhaal om heen
- maak een opgave zonder vraag
College 9:
Hoofdrekenen:
- - Werken met getalwaarde en niet met cijfers
- - Elementaire rekeneigenschappen en getalrelaties
- - Steunend op getalgevoel
Drie grondvormen van hoofdrekenen:
- Rijgend hoofdrekenen
- Splitsend hoofdrekenen
- Gevarieerd hoofdrekenen
Waarom hoofdrekenen:Voor het leven in alledagInzicht in eigenschappen van getallen